Hans Meijer nieuwe hoofd jeugdopleiding vv Sweel
Met een geactualiseerd jeugdbeleidsplan is vv Sweel klaar voor de toekomst. De club uit Zweeloo gaat een nieuwe stap maken. Een hoofd jeugdopleiding wordt aangesteld om de club voetbaltechnisch verder vooruit te helpen.
Bestuurslid Henk Nijenbanning noemt de functie van hoofd jeugdopleiding belangrijk voor de verdere ontwikkeling van het jeugdvoetbal in Zweeloo. Deze taak is in handen gelegd van Hans Meijer uit Appelscha.
In de kantine op sportpark ’t Alterbarg gaan we in gesprek met de 71-jarige bevlogen en ervaren voetbaltrainer. Het gesprek maakt in ieder geval één ding duidelijk: voetbal is voor hem meer dan een passie, het is voor de geboren Alkmaarder toch ook zeker z’n leven.
Warme club
Bij vv Sweel voelt de welbespraakte Hans zich inmiddels helemaal thuis, ‘Het is een warme club met veel vrijwilligers, die stuk voor stuk veel voor de club over hebben. Niemand is hier meer of beter dan de ander en iedereen werkt hier als een collectief. Alles doen ze hier in harmonie en overleg. Het heeft mij echt verrast hoe snel men mij heeft geaccepteerd. Dat geldt voor zowel spelers, trainers als ouders. Dat inspireert mij enorm om het beste van mezelf te geven en het niveau van de jeugd omhoog te brengen.’
Mening en zienswijze
Als hoofd jeugdopleiding is het de voornaamste taak van Meijer de samenwerking met trainers en leiders optimaal te laten verlopen. ‘Helder en duidelijk te zijn naar trainers en leiders en vooral te luisteren naar hun mening en zienswijze. Vervolgens deze te vertalen naar trainingen en technische avonden met als basis de opdracht die ik van bestuur en technische commissie bij mijn aanstelling heb meegekregen.’
Technische avonden
Hij heeft zich als opdracht gesteld om alle jeugdelftallen van vv Sweel op de wedstrijddagen dominant en aanvallend te laten voetballen. ‘Druk zetten waar mogelijk op het veld en dat gegeven te vertalen naar trainingen die dit de spelers moeten gaan aanleren, zonder dat dit ten koste gaat van het plezier in het voetballen. Naast individuele gesprekken en technische avonden zal dit moeten gebeuren door het bekijken en verbeteren van de trainingen.’
Ruimte aan de zijkanten
Hans speelt het liefst met twee spitsen en met twee snelle middenvelders aan de zijkanten. Het systeem 4-4-2 dus met de opdracht om die ruimte aan de zijkanten maximaal te benutten. Ik vind nog steeds dat 4-4-2 aanvallend zich vaak ontwikkeld tot 3-3-4 en dus zeer aanvallend kan zijn. Er is wel een nadeel: het kost veel tijd om dit aan te leren.’
Hans is destijds begonnen als D-pupil bij HBC uit Heemstede. Hij reikte tot aan het eerste team van de toenmalige 4e klasser, maar naast voetballer speelde hij ook rugby. ‘Dat was eveneens op zondag en dus ben ik overgestapt naar het zaterdagvoetbal bij 3e klasser VEW. Vervolgens heb ik nog een aantal seizoenen voor zondagclub DSS in Haarlem gespeeld.’
Verhuizing naar Boijl
In 1984 verhuisde Meijer naar Boijl in Friesland. Hij heeft daar drie seizoenen met het nodige succes in de hoofdmacht gespeeld. Inmiddels had hij ook het diploma Oefenmeester 3 – en later ook 2 – op zak en ging verder als trainer bij Stanfries in Appelscha. Via Langezwaag, Langweer, Makkinga, Zandhuizen en Steenwijk werd Meijer in 1997 gepolst door vv Drachten of hij belangstelling had voor de vacante functie van Hoofd Jeugdopleiding. ‘Bij de Friese club ben ik twee seizoenen in deze functie werkzaam geweest. Vervolgens acht seizoenen hoofdtrainerschap bij mijn vereniging Boijl – met twee titels – en daarna drie jaar Westhoek. Toen even een time-out en via hoofd jeugdopleiding SC Emmeloord ben ik nu dus terechtgekomen bij vv Sweel.’
‘Redelijke voetballer’
Zelf was Hans naar eigen zeggen een ‘redelijke voetballer’ en speelde vrijwel zijn hele actieve voetballoopbaan als centrumspits. ‘Ik was geen hoogvlieger, maar scoorde veel en dus kon een trainer zelden om me heen. Fysiek sterk, kon goed koppen en was ook vrij snel. Maar dat is erg lang geleden.’
Optimaal motiveren
Als trainer is hij goed in staat om een ploeg optimaal te motiveren. ‘Ik zag ook altijd vrij snel hoe en waar in het veld een speler het beste tot zijn recht kwam. Beleving en vechtlust kwamen bij mij altijd op de eerste plaats. Gelet op mijn voetbalverleden ben ik ook het type die bij kleine dorpsclubs het beste tot zijn recht komt. In grotere dorpen en steden is er volgens mij qua beleving veel veranderd. Minder gemoedelijk en meer afstandelijker. Bij kleinere en hechte gemeenschappen is dat gelukkig anders: waar iedereen, iedereen kent. Dat geeft een soort van sociale controle, die ervoor zorgt dat men met beide benen op de grond blijft staan.’
Zijn grootste hobby naast het voetballen is zingen. ‘Ik treed op tijdens de Fietsvierdaagse van Appelscha, op Koningsdag en soms op feesten en partijen bij clubs binnen de regio.’
